Toelichting op de autonome ontwikkelingen vanuit de begroting 2025:
1A Actualisatie energiekosten
Door de energiecrisis in 2022 zijn de energiekosten flink gestegen. Voor 2023 en 2024 zijn de kosten incidenteel bijgeraamd, omdat er toen nog te weinig inzicht was in de ontwikkeling van kosten. Inmiddels zijn de nieuwe energiecontracten bekend en is duidelijk geworden dat er een structurele bijraming benodigd is van jaarlijks € 244.100, verspreid over de verschillende programma's.
2A Actualisatie energiekosten
Zie toelichting bij 1A.
2B Toepassing OVA index
De OVA (Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling) is een jaarlijkse index die de overheid toepast om de loon- en prijsontwikkelingen in de zorg- en welzijnssectoren te compenseren. De OVA combineert twee elementen, een index voor personele en een index voor materiële kosten, omdat zorginstellingen zowel met loonkosten als met overige bedrijfskosten te maken hebben. Door een evenwichtige indexatie toe te passen op beide kostensoorten, zorgt de overheid ervoor dat de bekostiging op een reële wijze wordt aangepast aan de werkelijke kostenontwikkelingen in de sector. Gemeenten worden geadviseerd om deze OVA-index ook toe te passen op de budgetten voor welzijnsinstellingen omdat deze instellingen, net als zorginstellingen, geconfronteerd worden met stijgende personele en materiële kosten. Voor de gemeente Beek betekent dit dat de jaarlijkse subsidiebudgetten voor MEE en het sociaal werk van MIK & PIW Groep vanaf 2025 geïndexeerd worden met de landelijk vastgestelde OVA-index in plaats van de gemeentelijke index. De voorlopige, gecombineerde index (prijsindex voor personele én materiële kosten) voor 2025 is 4,91%.
2C Wensbus
Het subsidiebudget voor de Wensbus Beek van € 12.000 kan in 2025 incidenteel vrijvallen. Vanwege enkele positieve financiële ontwikkelingen heeft het bestuur van de Wensbus Beek voor 2025 geen subsidie aangevraagd. Dit was ook in 2024 het geval. Het bestuur zal het begrotingstekort in 2024 en 2025 eenmalig financieren uit de opgebouwde financiële reserve. Voor 2026 e.v. wordt weer een subsidieaanvraag verwacht.
2D Zorgkosten Wmo
Op basis van realistisch budgetteren zijn meerdere posten structureel naar boven bijgesteld in de begroting 2025 en de daarop volgende jaren. Met name de kosten voor Huishoudelijke Ondersteuning en (Groeps)Begeleiding nemen flink toe. Dit heeft te maken met een toename van het aantal cliënten en een forse stijging van de reële tarieven. Daarnaast zijn de huurtarieven voor hulpmiddelen gestegen in de nieuwe aanbesteding per 1 juli 2024.
De wettelijke Eigen Bijdrage wordt vanaf 2026 afhankelijk van het inkomen en vermogen. Het is nog onbekend hoe de nieuwe eigen bijdrage er precies komt uit te zien, dat wordt nog verder uitgewerkt. Naar verwachting zal dit resulteren in minder aanvragen en hogere inkomsten uit de eigen bijdrage.
2E Bijgestelde begroting P-bedrijf 2025 e.v.
In de volumeontwikkeling van het P- bedrijf wordt voor 2025 uitgegaan van een scenario waarbij dit volume licht zal stijgen, gebaseerd op het beoogde macro economische groeipad van het bijstandsvolume. Daarnaast zal het aantal inwoners dat gebruikt maakt van voorzieningen in het kader van de armoedebestrijding de lijn volgen van de geschetste volumeontwikkeling. De enige uitzondering hierop kan zijn de taakstelling huisvesting van inburgeraars.
2F Uitbesteding toezicht Wmo
Wmo-toezicht is een decentrale (gemeentelijke) verantwoordelijkheid bij de uitvoering van de Wmo. De gemeente Beek gaat met ingang van 1 januari 2025 het toezicht kwaliteit en rechtmatigheid regionaal organiseren door een toezichthouder aan te stellen, in samenwerking met de gemeenten Sittard-Geleen en Stein, binnen de bestaande regionale samenwerking op het gebied van de Wmo. De hiervoor begrote middelen zijn hiertoe omgezet van de personeelsbegroting naar de kostenplaats Wmo, ter betaling van de jaarlijkse bijdrage aan de gemeente Sittard-Geleen.
2G Andere invulling gedeelte subsidie PiW
In 2022 heeft er een evaluatie plaatsgevonden van het maatregelenpakket op het gebied van jeugd genaamd “de Basis op Orde” daterend van 2019. Hierbij zijn de verschillende onderdelen tegen het licht gehouden waaronder ook de maatschappelijk werker bij de Beekse huisartsenpraktijken. Het bleek dat de inzet hiervan onvoldoende een bijdrage leverde aan de gestelde doelstellingen op het gebied van jeugdhulp. Hierop is besloten om het bijbehorende budget van € 42.275 voor 2024 niet meer toe te kennen aan PIW en het budget af te ramen in de programmabegroting.
Het inzetten van een sport- en vrijetijds pedagoog binnen de gemeente Beek geeft invulling aan de normaliseringsgedachte die ook landelijk steeds meer wordt toegepast. Dit sluit ook aan bij de doelstellingen zoals opgenomen in de Hervormingsagenda Jeugd. Als concrete maatregel is voorgesteld: “Wij gaan met behulp van een sportpedagoog en persoonlijke begeleiding in het eerste jaar meer jongeren bij lokale (sport)verenigingen laten participeren ten gunste van begeleidingstrajecten geïndiceerde jeugdzorg.”
3A Actualisatie energiekosten
Zie toelichting bij 1A.
3B Leerlingenvervoer
Als een leerling een school voor speciaal basisonderwijs of (speciaal) voortgezet onderwijs bezoekt en een mentale, fysieke of psychische beperking heeft, kunnen ouders onder bepaalde voorwaarden aanspraak maken op een vervoersvoorziening. Ook leerlingen die ver moeten reizen naar een school die bij hun religie of levensbeschouwing past kunnen in aanmerking komen voor een vervoersvoorziening. Een vervoersvoorziening bestaat uit een gehele of gedeeltelijke vergoeding van de noodzakelijke vervoerskosten van de leerling. De vergoeding kan bestaan uit bijvoorbeeld een abonnement voor het openbaar vervoer, vergoeding van de kosten van eigen vervoer of uit het aanbieden van aangepast vervoer door Gemeente Beek. De vorm van de vervoersvoorziening wordt per situatie bekeken.
De gemeente Beek voert het leerlingenvervoer uit op basis van de vastgestelde Verordening Bekostiging leerlingenvervoer gemeente Beek 2022 en de Nadere regels Bekostiging leerlingenvervoer gemeente Beek 2024. Leerlingenvervoer is een wettelijke taak en het betreft een openeinderegeling. De gemeente Sittard-Geleen vervult voor de regio Westelijke Mijnstreek een coördinerende functie.
3C Buitensportvelden: klein onderhoud
Het klein onderhoudsbestek buitensportvelden is medio 2024 aanbesteed en heeft geresulteerd in een prijsstijging (marktwerking) van € 33.000 structureel per 2025.
3D Indexatie bijdrage De Haamen
Op 23 november 2021 is tussen Stichting De Haamen en de gemeente Beek een exploitatieovereenkomst afgesloten voor de periode van 5 jaar. In deze exploitatieovereenkomst is het samengesteld jaarlijks te indexeren percentage overeengekomen. Voor 2024 komt dit percentage uit op 7,5%. De gemeente Beek had voor 2024 een percentage van 3,9% algemeen vastgesteld. Het verschil van 3,6% wordt nabetaald en meerjarig verwerkt in de begroting.
4A Klimaat- en Energiebeleid: Spuk CDOKE: indexatie
Onder klimaat- en energiebeleid valt beleid dat bijdraagt aan het behalen van de doelen uit de Klimaatwet. Het doel voor 2030 in de Klimaatwet is om de uitstoot van C02 met minimaal 55% te verminderen t.o.v. 1990. Om dit doel te realiseren stelt de rijksoverheid financiele middelen beschikbaar aan gemeenten en provincies. Het betreft de regeling Capaciteit Decentrale Overheden voor Klimaat- en Energiebeleid (CDOKE). Deze middelen zijn voor de inhuur van personeel op het gebied van klimaat en energie (loonkosten voor de uitvoering van het klimaat- en energiebeleid). Onder de Klimaatwet en dus ook de CDOKE, valt niet het beleid gericht op reductie van fijnstof of stikstof. Ook kan de CDOKE niet worden ingezet voor beleid gericht op klimaatadaptatie. Dankzij de medio 2024 beschikte indexatie van € 15.100 is voor Beek in 2025 een bedrag van € 354.900 beschikbaar. Deze middelen zijn geoormerkt.
4B Grondzaken: uitvoeringsbudget
Voor het werkveld grondzaken is het uitvoeringsbudget structureel met € 15.000 bijgeraamd om taken uit te besteden, snel in te spelen op kansen en/of in een vroeg stadium haalbaarheid van mogelijke ontwikkelingen te toetsen. In 2025 wordt bezien wordt of dit bedrag voor de komende jaren voldoende is. De redenen voor deze budgetbehoefte zijn:
- eind 2023 is gekozen voor situationeel grondbeleid, dit vraagt om meer maatwerk en het snel en proactief kunnen inspringen op o.a. mogelijke aankoopkansen;
- er komen steeds meer taken en er is een toenemende complexiteit en/of werkdruk, denk o.a. aan diverse woningbouwontwikkelingen, civiele projecten, aanpak wateroverlast, netcongestie en grondexploitatie(overeenkomsten);
- impact van nieuwe wet- en regelgeving, zoals het Didam-arrest;
Gezien de opgaves in het collegeprogramma en de wens genoemde ontwikkelingen voorspoedig te kunnen voorbereiden is het beschikbaar hebben van extra budget van grote toegevoegde waarde.
4C Milieuleges
De in de Begroting 2024 structureel geraamde opbrengsten milieuleges van € 22.000 zijn gebaseerd op het gemiddelde aantal aanvragen van de afgelopen drie jaar die bij de Omgevingsdienst Zuid-Limburg zijn binnengekomen voor inwerkingtreding van de Omgevingswet. Vlak voor ingang van de Omgevingswet zijn er nog veel aanvragen onder de Wabo en Wm ingediend. Deze aanvragen zijn niet legesplichtig. Daarnaast stelt de Omgevingsdienst vast dat er een afwachtende houding is ten aanzien van de ontwikkelingen onder de Omgevingswet en dat daardoor de aanvragen uitblijven. Voor 2025 e.v. zijn daarom de verwachte opbrengsten milieuleges met € 12.000 omlaag bijgesteld naar € 10.000.
5A Buitendienst: areaal
De resultaten van de business case voor de buitendienst zullen in 2025 beschikbaar zijn. Deze resultaten dienen vertaald te worden naar maatregelen. Deze maatregelen kunnen bestaan uit andere samenwerkingsverbanden, meer uitbesteding, inbesteding of andere opties. Net als in 2023 en 2024, is ook in 2025 en volgende jaren € 100.000 nodig voor de inhuur van personeel om te kunnen voldoen aan de minimale kwaliteitseisen van het groenonderhoud door de buitendienst. Deze inhuur is het gevolg van areaaluitbreiding en de versnelde uitval van Vidar-medewerkers.
5B Actualisatie energiekosten
Zie toelichting bij 1A.
5C Vrijval stelpost afschrijving wegen
Het incidentele surplus in de stelpost afschrijving nog te voteren wegeninvesteringen dat vrijvalt ten gunste van de algemene middelen bedraagt € 50.000 in 2025 en € 84.800 in 2026.
5D Asfaltonderhoud
Door een nieuwe aanbesteding van het onderhoudsbestek wegen medio 2024 zijn de kosten voor het asfaltonderhoud met 30% gestegen , waardoor het budget voor asfaltonderhoud per 2025 structureel met € 81.000 bijgeraamd moet worden. De oorzaak van deze kostenstijging is het gevolg van de keuze voor duurzaam asfaltonderhoud en de gestegen materiaal- en loonkosten.
5E Onderhoud Verkeersregelinstallaties (VRI)
Elk jaar vinden er onderhoudswerkzaamheden plaats aan alle verkeersregelinstallaties in onze gemeente. Het gaat dan om uiteenlopende zaken als het onderhoud aan de lampen, de masten, de automaatkast, maar ook het functioneren van de regeling, het schilderen van de masten en het herstellen van schades. Op basis van de aanbesteding in 2023 en ervaringscijfers is een bijraming noodzakelijk van € 16.800 structureel per 2025.
5F Bomenbeheer
Essentaksterfte
Essentaksterfte wordt veroorzaakt door een invasieve exotische schimmel die de bomen via het blad infecteert. De infectie kan uiteindelijk leiden tot afsterving van twijgen of zelfs delen van de kroon. Helaas is voor zover bekend geen essensoort volledig resistent tegen de ziekten.
Bijna 10% van ons bomenbestand bestaat uit essen. Medio 2024 zijn middels een boomveiligheidscontrole alle essen in ons straat- en laanbomen bestand geïnspecteerd. Bij ruim een derde van de geïnspecteerde bomen is essentaksterfte vastgesteld, waardoor er bij 161 bomen veiligheidssnoei toegepast moet worden om de veiligheid van de omgeving te kunnen borgen. Voor 20 bomen is een rooiadvies afgegeven. Voor 17 bomen is de verwachting dat deze binnen 1 tot 5 jaar zullen uitvallen. De structureel benodigde bijraming uit hoofde van de essentaksterfte bedraagt € 18.000 in 2025, jaarlijks oplopend met € 1.000 tot € 21.000 in 2028.
Onderhoud bomen
Op basis van de medio 2024 uitgevoerde boomveiligheidscontrole is er een prognose gemaakt voor het regulier onderhoud van de komende jaren. Medio 2024 heeft een nieuwe aanbesteding plaats gevonden van het onderhoudscontract bomen. Er is een zichtbare krapte op de arbeidsmarkt in dit vakgebied. Partijen hebben maar beperkte capaciteit en zijn selectief bij inschrijven op aanbestedingen. Dit heeft geresulteerd in hogere inschrijfprijzen voor het reguliere boomonderhoud ten opzichte van het oude onderhoudscontract zoals vermeldt in de tabel.
Aanplant bomen
Ondanks dat in 2023 veel slechte en dode bomen zijn gekapt, is medio 2024 wederom uit de boomveiligheidscontrole gebleken dat er bomen gekapt dienen te worden. Bomen hebben steeds meer te leiden van de extreme weersomstandigheden en moedwillige vernieling, waardoor bomen afstervingsverschijnselen vertonen. Naar verwachting zullen jaarlijks circa 30 bomen vervangen moeten worden voor nieuwe. Dit een investering van € 55.000 in 2024 met een afschrijvingslast van € 2.800 per 2025 en voor de jaren daarna een jaarlijks investeringsvolume van € 41.000 met een afschrijvingslast van € 2.000.
5G Afval: personele inzet
Door extra personele inzet op het taakveld afval worden er meer kosten toegerekend aan het product afval. Dit betekent een structureel voordeel voor de algemene middelen. Het vast tarief afvalstoffenheffing daalt met 5,9% t.o.v. 2024 van € 241,97 naar € 227,62. Dit wordt in hoofdzaak veroorzaakt door de vrijval vanuit de voorziening afval van € 186.000 zijnde het surplus boven het plafond van € 250.000.
5H Riolen: personele inzet
Door extra personele inzet op het taakveld Afvalwaterzorg worden er meer kosten toegerekend aan het product Afvalwaterzorg. Dit betekent een structureel voordeel voor de algemene middelen.
6A OZB-areaaluitbreiding
Op basis van de in 2024 verstrekte bouwvergunningen is een nieuwe inschatting gemaakt van de areaaluitbreiding en de hieruit te verwachten extra OZB inkomsten. Dit leidt tot een structurele bijraming van € 10.300 in 2026 (waarvan € 5.300 als gevolg van gedeeltelijke gereedmelding van niet-woningen met een bouwsom hoger dan € 1 mln) en € 128.000 per 2027.
6B Ondersteuning Raad
Er is sprake van een structurele bijraming van deze kosten, waaraan meerdere wijzigingen ten grondslag liggen. De grootste stijging wordt veroorzaakt door het aflopen van het contract voor het streamen van de commissie- en raadsvergadering in 2025. De verwachting is dat het contract hiervoor zal worden voortgezet, maar dat dit een kostenstijging van € 12.500 met zich meebrengt. Daarnaast zal er op 8 maart 2025 een symposium worden gehouden voor Internationale Vrouwendag, waarvoor incidenteel €5.000 wordt bijgeraamd.
6C Veiligheidsregio begroting 2025
De begroting 2025 van de Veiligheidsregio Zuid Limburg is gebaseerd op de begroting 2024, die is geïndexeerd en waarin een nieuwe CAO is verwerkt. Er is geen sprake van nieuw beleid.
6D Doorontwikkeling Zorg- en Veiligheidshuis
Het Zorg- en Veiligheidshuis Westelijke Mijnstreek is dé plek waar gemeenten, justitiële partners en zorgpartners onder één dak samenwerken om complexe persoonsgerichte zorg- en veiligheidsproblemen aan te pakken. De aangescherpte landelijke richtlijnen voor de Zorg- en Veiligheidshuizen, waaronder het modelconvenant, vragen om (her)inrichting van de governance structuur van het Zorg- en Veiligheidshuis Westelijke Mijnstreek. Daarnaast groeit het aantal taken. Regionaal worden ontwikkelingen regelmatig ter uitvoering belegd bij het Zorg- en Veiligheidshuis Westelijke Mijnstreek. Ook hebben de drie Zorg- en Veiligheidshuizen Zuid-Limburg (Maastricht-Heuvelland, Parkstad en Westelijke Mijnstreek) de handen in elkaar geslagen om uniformer en intensiever samen te werken. Tevens bestond de (bestuurlijke) behoefte om de financieringsstructuur te simplificeren en daarmee de vaste bijdrage van de gemeenten te herijken. Deze behoefte komt voort uit het feit dat nieuwe taken van het ZVH WM gefragmenteerd gefinancierd worden.
Daarmee is het Zorg- en Veiligheidshuis Westelijke Mijnstreek genoodzaakt om door te ontwikkelen en een stevige basisinrichting neer te zetten met een financiering die toekomstbestendig is. In 2023 is gestart met een traject dat de noodzaak van deze doorontwikkeling effectueert en heeft samengevat geresulteerd in een hernieuwde missie, visie, ambitie, inrichting bedrijfsvoering, governance en begroting. Deze autonome ontwikkeling heeft een plausibele financiële implicatie van jaarlijks € 53.000 vanaf 2025.
6E Bijstelling leges Publiekszaken
In verband met de wijziging in 2014 van de geldigheidsduur van reisdocumenten volwassenen van vijf naar tien jaar heeft de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB) een rekenmodel opgezet voor gemeenten om globaal meer inzicht te krijgen in de impact van deze wijziging. Na de invoering van deze wijziging ontstond er namelijk een ‘reisdocumentendip’ en vanaf 2024 een piek in het aantal aanvragen. Ook vanuit de RDW is er een prognose beschikbaar voor de verwachte afgifte van het aantal rijbewijzen. Tot slot is voor de overige leges een gemiddelde berekend over de afgelopen 3 jaar. Alle prognoses samen hebben geleid tot een meerjarige positieve afwijking.
6F Doorbelasting personeelskosten
In het BBV (Besluit Begroting en Verantwoording Gemeenten en Provincies) staat vermeld dat de uren van eigen personeel voor zover deze betrekking hebben op investeringsprojecten naar deze investeringen moet worden doorbelast. Het voordeel hiervan is dat de salarissen van ambtenaren en die op investeringsprojecten werken en inhuurkosten van investeringsprojectleiders, worden geactiveerd en afgeschreven worden over de afschrijvingsduur van de investering. Ook mag de overhead, die over de salarissen worden berekend, worden doorberekend naar de projecten. In de Slotrapportage 2024 wordt deze wijziging doorgevoerd, net als in de Begroting 2025 en de meerjarenbegroting 2026-2028.
6G Tekort herverdeling Gemeentefonds
Bij de herverdeling van het gemeentefonds is een (tijdelijke) maximale korting gegeven oplopend tot € 37,50 per inwoner in de meerjarenbegroting. Dit werd door de Rijksoverheid gehanteerd om de gemeenten de tijd te geven om maatregelen te nemen. Op dit moment zou de maximale korting ongeveer 39 euro per inwoner bedragen. Dit verschil is nu structureel geraamd in de (meerjaren)begroting. Het aantal inwoners per 1 januari 2024 bedraagt 16.220.
Overige kleine correcties (< € 10.000), niet zijnde investeringen worden niet in detail toegelicht.